Af is af - door Marian Rijk
Een student uit de Utrechtklas vroeg me: ‘Lees jij je eigen boek wel eens?’ Ik reageerde - voor het eerst in mijn leven - kordaat: ‘Nooit.’
Het lezen van je eigen boek is als het horen van je stem op een bandopname of het zien van je eigen danspassen op bewegend beeld. Hoogst ongemakkelijk. Soms zelfs schrikwekkend.Dus toen de postbode voor mijn deur stond met een doos en ik die uit zijn armen rukte en openscheurde en de eerste exemplaren van Eeuw in versnelling op de houten vloer vielen, maakte ik een foto, snoof ik de geur van papier en inkt op, liet ik mijn vingers over de boeken glijden en daar liet ik het bij. Trots was ik, en schijterig. Want mijn roman open slaan en lezen durfde ik niet.
Ik kon het verhaal dromen, zin voor zin. Talloze keren was het manuscript door mijn handen gegaan. Ik had het regelmatig uitgeprint en hardop aan mezelf voorgelezen, drie maanden in een lade gelegd om er met een frisse blik naar te kunnen kijken en naar tegenlezers gestuurd en hun feedback verwerkt. Precies zoals ik anderen adviseer te doen.
Pas na tig herschrijfrondes stuurde ik het manuscript van Eeuw in versnelling naar de uitgever. Met de redacteur en persklaarmaker boog ik me opnieuw over de tekst en schaafde en schuurde ik net zo lang tot het perfect was. Af.
Het laatste wat ik van mijn perfecte manuscript had gezien was een PDF, een online gedownload document. Nu lag er een stapel echte boeken op de vloer. Onwerkelijk. Doodeng.Na tien minuten durfde ik een boek op te pakken en er voorzichtig doorheen te bladeren. Ik scande de pagina’s, nam bewust de tekst niet in me op. Want stel je voor dat er een zin niet lekker liep. Of dat ik bij nader inzien het anders had willen beschrijven - beter. Of dat ik, ondanks al mijn toewijding en concentratie, een belangrijk feit over het hoofd had gezien. Er kon nu niets meer herschreven worden.
Af is af. Al zijn er uitzonderingen. Soms krijgt een boek de mogelijkheid om herschreven te worden. Bij een vertaling bijvoorbeeld, als de context niet goed aansluit bij de nieuwe doelgroep en er vanwege technologie, geografie of cultuur wijzigingen nodig zijn. Een verfilming kan ook tot een herziening leiden, zo paste Jan Wolkers zijn roman Kort Amerikaans aan na de verschijning van de film en herschreef Arjen Lubach geïnspireerd door het televisiescenario het einde van zijn thriller IV. Dergelijke aanpassingen betekenen een nieuwe uitgave, een nieuw boek.
Voor Eeuw in versnelling stond nog geen verfilming, vertaling of herdruk op het programma. Ik kon dus maar beter mijn struisvogelpolitiek in gang zetten: niets lezen.Auteur Thomas Siffers durfde wel zijn debuutroman Het zijn de geheimen te lezen na verschijning. Zijn (of mijn) angst werd werkelijkheid: hij ontdekte een fout. Siffers besloot handmatig een zin aan te passen. Bij een oplage van 2.000 stuks was dat een pittige klus. Zo’n klus kun je maar beter voorkomen.
Het advies is bekend: herlees en herschrijf je manuscript telkens weer. Print het uit, lees het hardop aan jezelf voor, leg het in een lade en laat het rusten voor een paar maanden, verzamel kritische tegenlezers en neem hun feedback ter harte. Doe het allemaal. Zo vaak mogelijk. En dan nog een keer. En weer. Want als de postbode straks voor je deur staat met een doos vol boeken ben je te laat.
Ik ben inmiddels over mijn schroom heen. Ik mocht namelijk in een boekhandel voorlezen uit Eeuw in versnelling, en dat betekende dat ik het boek wel moest openslaan. Ik ontdekte dat het voorlezen van mijn verhaal aan anderen helemaal geen probleem voor me was. Sterker nog: ik deed het graag.
Tijdens het voorlezen ben ik de verteller en niet mijn eigen kritische luisteraar. Ik draag voor en laat de toehoorders oordelen. En dat bevalt prima. Zo goed zelfs dat ik regelmatig denk: niets meer aan doen.